Introductie
Onder interest of rente verstaan we de vergoeding voor het ter beschikking stellen van geld of koopkracht. Intrest kan daarbij
op verschillende manieren worden vergoed.
- We spreken van enkelvoudige intrest indien de intrest van ieder periode, steeds berekend over de hoofdsom, op de vervaldag
van de intrest wordt uitbetaald.
- Er is sprake van samengestelde intrest indien de periodiek verschuldigde intrest niet wordt uitbetaald, maar op de vervaldag
wordt toegevoegd aan de hoofdsom en daarmee voor volgende perioden ook weer rentedragend wordt (intrest over intrest).
- Zowel bij enkelvoudige als bij samengestelde intrest kan de intrest verrekend worden aan het begin of aan het eind van de
periode. Vindt verrekening plaats aan het begin van de periode, dan spreken we van disconto. Bij intrestverrekening achteraf van intrest. Berekeningen met disconto komen overigens minder voor dan die met intrest. In de administratie van banken en bedrijven maakt
men meestal dit onderscheid niet en spreekt men in algemene zin van intrest.
Veel van de financiële functies, waaronder de basisfuncties, werken met samengestelde intrest (RENTE) als verplicht argument.
Samengestelde Intrest kan op twee manieren zijn uitgedrukt.
- Als effectieve rente. De effectieve rente kan op jaarbasis of in daarvan afgeleide termijnen zijn uitgedrukt. Bijvoorbeeld:
een effectieve jaarrente van 10% levert bij € 100 een jaarlijkse intrestvergoeding op van € 10;
een effectieve rente van 3% per halfjaar brengt bij € 900 na zes maanden een intrestvergoeding op van € 27.
- Als nominale rente. De rente wordt in dit geval opgegeven op jaarbasis samen met een termijnfrequentie die bepaalt hoe de
rente in een jaar wordt samengesteld. Bijvoorbeeld:
een opgegeven jaarrente van 6%, waarbij per maand 0,5% rente is verschuldigd. Om als consument of lener te weten hoe duur
de lening werkelijk is, zal deze omgezet moeten worden in een effectieve (jaar)rente.
Bij Renteconversie wordt effectieve rente omgezet in nominale rente of omgekeerd.
Doel van deze tool
Berekenen van rentepercentage aan de hand van de functie RENTE in Excel.
In te vullen velden
Met behulp van het dialoogvenster Functie invoegen kunt u op een makkelijke manier functies met de bijbehorende argumenten invoeren. Het dialoogvenster is binnen Excel op een
van de volgende manieren te benaderen:
- Kies via de menubalk: Invoegen – Functie.
- Klik op de knop Functie invoegen links van de formulebalk.
- Druk op Shift+F3.
Zie voor meer informatie Achtergrondinformatie werken met financiële functies in Excel.
In het linkerdeelvenster van het dialoogvenster staan de functiecategorieën opgenomen. Indien u, zoals hierboven, kiest voor
de categorie Financieel ziet u rechts de bijbehorende financiële functies verschijnen.
In het rechterdeelvenster kiest u onder functienaam voor de gewenste functie en klikt u op OK. Hierna verschijnt het dialoogvenster van de gekozen functie met de bijbehorende functieargumenten. Als voorbeeld is hieronder
het dialoogvenster voor de functie RENTE weergegeven.

U kunt dit dialoogvenster gebruiken om de benodigde functieargumenten in te vullen. Dit kan naar keuze via:
- cel- of bereikverwijzingen;
- rechtstreekse invulling van waarden;
- expressies;
- andere (geneste) functies.
Cel- of bereikverwijzingen kunt u eenvoudig specificeren door op de dialoogknop rechts in het invulvak te klikken. Excel vouwt
het dialoogvenster dan tijdelijk samen tot een smal venster, zodat u een bereik in het werkblad kunt selecteren. Het aantal
argumenten dat de geselecteerde functie gebruikt, bepaalt het aantal invulvakken in het dialoogvenster. Afhankelijk van de
functie kunnen argumenten verplicht of optioneel zijn, hetgeen te zien is aan de al of niet vetgedrukte omschrijving.
Resultaten
De argumenten zijn opgenomen in de cellen B2:B6, de functie c.q. de functie-uitkomst in cel B7.
Bij invulling van het dialoogvenster kunnen we aanvullend nog de volgende praktische tips aan de hand doen:
- Door de eerste letter(s) van de gewenste functie in te vullen kunt u op een snelle manier de gewenste functie vinden in het
dialoogvenster.
- Het vraagteken linksonder in het dialoogvenster biedt rechtstreeks toegang tot de hulpfunctie van de gekozen functie.
- Als de actieve cel al een formule bevat die een functie gebruikt, verschijnt direct het bijbehorende dialoogvenster als u
op de knop Functie invoegen klikt.
- U kunt het dialoogvenster Functie invoegen gebruiken om een functie in een bestaande formule in te voegen. U bewerkt eenvoudig de formule en verplaatst de cursor naar
de positie waar u de functie wilt invoegen. Open vervolgens het dialoogvenster Functie plakken en selecteer de functie.
- Als de actieve cel een formule bevat die een of meer functies gebruikt, kunt u deze functies afzonderlijk in het dialoogvenster
Functieargumenten bewerken. In de formulebalk klikt u op de functie die u wilt bewerken en vervolgens klikt u op de knop Functie invoegen.