Bij de berekening van machine-uurtarieven wordt per product de machinebelasting of het machinegebruik bepaald. De doorbelasting van kosten vindt plaats door het gebruik dat een product (de kostendrager) maakt van een kostenplaats (aantal machine-uren) te vermenigvuldigen met het voor die kostenplaats geldende machine-uurtarief. Dit resulteert in een eerlijker verdeling respectievelijk toerekening van kosten. Om het machine-uurtarief te kunnen berekenen moet eerst in dit werkblad de bezetting van de machine worden vastgesteld. De vereenvoudigde berekening van de machinebezetting begint bij de theoretisch maximaal mogelijke capaciteit als de machine het hele jaar continu zou draaien (365 dagen per jaar, 24 uur per dag) en trekt vervolgens één voor één een aantal posten af om rekening te houden met het feit dat dit niet het geval zal zijn.
Werkblad Bepalen bezetting machine – vereenvoudigde vorm |
Bekijk screenshot van dit werkblad |
Om het machine-uurtarief te kunnen berekenen, moet eerst de bezetting van de machine worden vastgesteld. Dat betekent dat voor de betreffende machine of installatie de praktische capaciteit in machine-uren per jaar moet worden berekend. Het aantal uren dat hier wordt bepaald, vormt in een later stadium de noemer bij de berekening van het machine-uurtarief.
De vereenvoudigde berekening van de machinebezetting begint bij de theoretisch maximaal mogelijke capaciteit als de machine het hele jaar continu zou draaien (365 dagen per jaar, 24 uur per dag) en trekt vervolgens één voor één een aantal posten af om rekening te houden met het feit dat dit niet het geval zal zijn. Daarbij wordt rekening gehouden met de volgende onderdelen:
Klik hier voor meer informatie over machine-uurtarieven.
Heeft u ook een verantwoordelijkheid in personeelsmanagement? Kijk dan ook op HR Praktijk voor zekerheid over wetten en regels!