Introductie
In het werkblad Debiteurentermijn wordt het belang van het beheren van de omloopsnelheid van het vermogen toegelicht als methode om de rentabiliteit van de
onderneming te verbeteren. Deze omloopsnelheid van het vermogen kan onder andere beïnvloed worden via het beheer van het werkkapitaal:
debiteuren, crediteuren en voorraden.
Het beheer van het werkkapitaal is echter ook van belang voor de liquiditeit van een onderneming. Hoe meer een onderneming
er in slaagt om (met name) de posten debiteuren en voorraden laag te houden (bij gelijkblijvende verkopen en productie), hoe
beter het is voor de liquiditeit van de onderneming. Om dit te realiseren zal er een actief beleid moeten worden gevoerd.
Bij het formuleren van een debiteurenbeleid kan men bijvoorbeeld denken aan:
- screenen c.q. beoordelen van kredietwaardigheid van (nieuwe) klanten;
- aanpassen van de betalingsvoorwaarden;
- afspreken en bewaken kredietlimieten per klant(groep);
- tijdig en regelmatig aanmanen;
- tijdig overdragen aan incassobureau;
- bijhouden zwarte lijst van klanten;
- geven van korting voor contante betaling.
De bovenstaande instrumenten kunnen worden gebruikt om de omvang van de post debiteuren op de balans actief te beheren. Daarbij
zal echter altijd een relatie moeten worden gelegd met het verkoopbeleid van de onderneming.
Ook het voorraadbeheer (of beter: logistiek beheer) verdient de nodige aandacht. Het streven naar lagere voorraden mag echter
niet leiden tot te veel neeverkopen en ontevreden klanten, omdat dit weer ten koste zal gaan van de rentabiliteit van de onderneming.
Ook hier zal dus een verband moeten worden gelegd met het verkoopbeleid van de onderneming. In het geval dat de voorraden
vooral voor intern gebruik zijn (productie), mag het streven naar lagere voorraden niet leiden tot problemen (zoals stilstand)
in het productieproces.
Bij het beheren van het werkkapitaal kan gebruik worden gemaakt van een aantal kengetallen:
Vergelijking van deze kengetallen met concurrenten kan belangrijke informatie opleveren. Daarnaast kunnen trends en ontwikkelingen
van deze kengetallen in de loop van de tijd informatie verschaffen over de mate waarin een actief beleid ten aanzien van het
beheren van werkkapitaal zijn vruchten afwerpt.
Doel van deze tool
De debiteurentermijn is de gemiddelde tijdsduur tussen het moment van factureren (of het ontstaan van de vordering) en het
moment van innen van het geld door betaling van de rekening, en geeft dus inzicht in de snelheid waarmee klanten hun rekeningen
betalen. Het wordt ook wel de looptijd van vorderingen op klanten genoemd.
Voor het plannen van de liquiditeit van een bedrijf is het belangrijk te weten wat de daadwerkelijke debiteurentermijn is. Dit kengetal dient te worden vergeleken met voor de branche kenmerkende betalingsvoorwaarden en gemiddelden enerzijds
en met de waarde van dit kengetal in het verleden anderzijds (inzicht in trends).
Om dit kengetal te optimaliseren (dat wil zeggen een zo kort mogelijke debiteurentermijn) moet aan drie voorwaarden worden
voldaan:
- tijdige facturering op het tijdstip van levering of bij verrichting van de prestatie;
- permanente controle van de vorderingen en hun betalingstermijnen;
- tijdige herinneringen/aanmaningen bij overschrijden van de betalingstermijnen.
Het beheer van de vorderingen en de bijbehorende debiteurentermijnen behoort tot de hoofdtaken binnen de liquiditeitsbewaking
en moet regelmatig plaatsvinden.
In dit werkblad worden berekend:
- de gemiddelde debiteurentermijnen per maand en gecumuleerd;
- daarnaast de percentages daadwerkelijk verleende korting voor contante betaling eveneens maandelijks en gecumuleerd.
Inhoud van de formule

Teller – debiteurenstand
a. Alle vorderingen uit leveringen van goederen en verleende diensten
Hiervoor wordt vaak de stand van de debiteuren aan het eind van een periode (bijvoorbeeld een maand) genomen. Indien echter
sprake is van een tussen perioden sterk fluctuerende debiteurenstand, is het beter om de gemiddelde debiteurenstand te nemen.
Het is zinvol om vorderingen op gelieerde bedrijven en op bedrijven waarmee een verhouding bestaat op basis van deelneming
afzonderlijk te bewerken.
vermenigvuldigd met
b. Het aantal dagen in een periode
Periode is meestal een maand, maar kan ook bijvoorbeeld een week, een kwartaal of een jaar zijn.
Noemer – omzet
Alle omzet inclusief BTW over dezelfde periode als waarop de teller betrekking heeft.
Als in de teller de vorderingen op gelieerde bedrijven apart zijn gehouden, moet in de noemer de betreffende omzet eveneens
apart worden gezet.
Omloopsnelheid debiteuren
De reciproke van de debiteurentermijn is de omloopsnelheid van debiteuren:
In te vullen velden
De volgende gegevens dienen per maand te worden ingevuld:
Verplicht in te vullen gegevens |
Cel |
Celnaam |
Toelichting |
R2 |
Jaartal |
|
I5 |
BTW-tarief geldig vanaf maand … |
De maand waarin een eventuele BTW-verhoging of -verlaging ingaat. Het bijbehorende nieuwe BTW-percentage wordt als BTW-tarief
2 ingevoerd (zie hierna).
|
F11, G11 |
BTW-tarieven BTW1 en BTW2 |
BTW-tarief 1 is het BTW-percentage dat aan het begin van het jaar geldt. BTW-tarief 2 is het nieuwe BTW-percentage als in de loop van een jaar sprake is van een BTW-verandering.
|
I11 – T11 |
netto-omzet |
De netto-omzet per maand (excl. BTW). |
G26 I26 – T26
|
vorderingen ultimo |
De stand van de vorderingen (debiteuren) aan het eind van de maand. |
I46 – T46 |
Bestedingen contantkorting |
De maandelijks verleende kortingen voor contante betaling (afgeleid uit de boekhouding). |
Resultaten
In dit werkblad worden de volgende resultaten gegeven:
Pos. # |
Omschrijving |
In de cellen |
14 |
Omzetbelasting per maand |
I15 – T15 |
|
Bruto-omzet |
|
15 |
|
I17 – T17 |
16 |
- Gecumuleerd tot en met de betreffende maand
|
I18 – T18 |
|
|
|
22 |
Debiteurentermijn per maand |
I28 – T28 |
23 |
Debiteurentermijn gecumuleerd c.q. gemiddeld tot en met de betreffende maand |
I29 – T29 |
|
|
|
33 |
Gemiddeld verleende korting (in procenten) voor contante betaling per maand |
I49 – T49 |
34 |
Gemiddeld verleende korting (in procenten) voor contante betaling gecumuleerd tot en met de betreffende maand |
I50 – T50 |
De gerealiseerde waarden per maand kunnen worden vergeleken met de geplande waarden die bij het opstellen van de liquiditeitsprognose
zijn gehanteerd.
De gecumuleerde waarde van de maand december is het gemiddelde voor het betreffende jaar. Deze waarde kan eventueel worden
gebruikt als planwaarde voor het volgende jaar (bij ongewijzigd debiteurenbeleid).