Voor het opstellen van een liquiditeitsprognose moeten eerst worden bepaald: operationele kasstroom, de investeringskasstroom en de financieringskasstroom. In dit werkblad wordt de operationele kasstroom bepaald.
Werkblad Overige operationele inkomsten |
Bekijk screenshot van dit werkblad |
Werkblad Overige operationele uitgaven |
Bekijk screenshot van dit werkblad |
De volgende kasstromen vloeien direct voort uit de operationele activiteiten met betrekking tot inkoop, productie en verkoop:
De bovenstaande kasstromen behoren tot de operationele kasstroom. Daarnaast is er echter nog een aantal posten die tot de operationele kasstroom worden gerekend, bijvoorbeeld betalingen ten laste van voorzieningen en betaalde vennootschapsbelasting. Om een liquiditeitsprognose te kunnen maken, moeten ook de geplande ontvangsten en uitgaven voor deze posten worden bepaald.
Naast de operationele kasstroom moeten bij het bepalen van de liquiditeitsprognose ook de investeringskasstroom en de financieringskasstroom worden bepaald. Tezamen met de operationele kasstroom vormen deze de totale kasstroom.
De investeringskasstroom bestaat uit ontvangsten en uitgaven in verband met (des)investeringen in activa, bijvoorbeeld uitgaven in verband met het aanschaffen van nieuwe machines. De financieringskasstroom bestaat uit alle ontvangsten en uitgaven die samenhangen met de financiering van de activiteiten van de organisatie, bijvoorbeeld ontvangsten door het opnemen van een nieuwe lening of het betalen van dividenden.
Heeft u ook een verantwoordelijkheid in personeelsmanagement? Kijk dan ook op HR Praktijk voor zekerheid over wetten en regels!