Banksparen

Samenvatting

Sinds 1 januari 2008 is fiscaal aftrekbaar sparen voor de oude dag via een geblokkeerde spaarrekening mogelijk. Deelnemers sparen vanuit hun bruto-inkomen en niet vanuit hun brutoloon, waardoor banksparen voor werkgevers geen consequenties heeft.

De aan dit onderwerp gerelateerde artikelen 'Pensioen driepijlersysteem', 'Pensioenuitkeringsvormen', 'Pensioenopbouwstelsels', 'Fiscale afhandeling pensioenen', 'Wet VUT/prepensioen', 'Pensioenbreuk na ontslag', 'Pensioenontslag bij AOW-leeftijd', 'Pensioenwet', 'Pensioenuitvoerders en adviestraject', 'Afstand doen van pensioenregeling en 'Pensioenmaximering' en 'Pensioenmaximering en -opbouw' treft u eveneens aan in deze kennisbank.

Aanvullend pensioen

In het kader van het arbeidsvoorwaardenoverleg kan het banksparen voor de werknemer een alternatief zijn als hij overweegt zijn keuze te laten vallen op bijvoorbeeld een aanvullend pensioen. Aangezien een werkgever steeds meer aandacht aan leeftijdgebonden personeelsbeleid moet besteden, is het belangrijk dat werkgevers van deze regeling op de hoogte zijn.

Pijlers oudedagsvoorziening

Een oudedagsvoorziening zal normaliter bestaan uit drie pijlers:

1. eerste pijler: opbouw via de Algemene ouderdomswet;
2. tweede pijler: opbouw via een werkgever bij een pensioenfonds;
3. derde pijler: opbouw via een lijfrenteverzekering of banksparen vanuit het bruto- of netto-inkomen.

Banksparen maakt het fiscaal aantrekkelijk uit het bruto-inkomen te sparen via een geblokkeerde spaarrekening bij een bank of een beleggingsrecht bij een beheerder van een beleggingsinstelling, wanneer deze gespaarde bedragen worden aangewend voor de oude dag. Het gespaarde kapitaal wordt later onder voorwaarden in termijnen uitg ...